Herinneringen van Rudolf Lucieer

Herinneringen van Rudolf Lucieer (Toneelgroep Baal) 

In de zaal waar ooit Clara en Robert Schumann concerteerden, mochten wij in 1972 proberen  een artistiek antwoord te vinden op de vragen die rezen na Aktie Tomaat.

We speelden Brecht’s eerste stuk en vernoemden onze groep daarnaar. ‘Baal speelt Baal’, dat klonk lekker. “Theater van de straat, asfalt waar ooit pluche was”, herinner ik me uit de interviews die we destijds gaven.

Vijf jaar later verlieten wij het Shaffy Theater. Met de vele uitverkochte zalen, met de introductie van schrijvers als Botho Strauss, Peter Handke en Thomas Bernhard, met de ontwikkeling van het muziektheater o.l.v. Willem Breuker, Louis Andriessen en Lodewijk de Boer, pasten wij niet meer binnen de doelstelling van het Shaffy Theater, dat onbekend talent een plaats wou bieden. Na een overgangsperiode vond Baal tenslotte zijn eigen plek in Amsterdam als bespeler van Theater Frascati.

Het spelen in het Shaffy Theater was met geen ander theater te vergelijken. Destijds bestond er nog niet zoiets als ‘het circuit van de kleine zalen’. Met allen die in het Shaffy Theater onderdak vonden veroverden we dat nog onontgonnen terrein van het experimentele. Toneel, dans, mime, muziektheater, video, performance, improvisatie.

Nergens anders buitelden al die theatervormen in hun verscheidenheid zo over elkaar als in het Shaffy Theater: de artistieke bijenkorf van het experimentele.

Dat ik in dit alles meeliep geeft nog altijd een geweldig gevoel.

Rudolf Lucieer